22.01.2014 | Reformatorisch Dagblad | Kees Jansen
Marietta heeft ooit beweerd dat goede stukken haar tot grote hoogten voeren. Deze cd bewijst haar stelling. De goede stukken zijn er.
Bachs Partita BWV 825 is er één van. Het stuk heeft alles wat Bach tot Bach maakt, en dan vooral een uitgekiende polyfonie die geheel ten dienste staat van de muzikale uitdrukking. Het Praeludium is meteen een schot in de roos. Een eenvoudig motief, geniaal uitgewerkt en transparant gespeeld. Het hoogtepunt wordt wat mij betreft gevormd door de sarabande. Wát een rust, wát een sierlijke guirlandes. Soms laait nog de discussie op over Bach-op-dePetkova-piano. Nu, als er zo gespeeld, wordt kan ik de meerwaarde van een klavecimbel niet bedenken.
Het tweede goede stuk is Beethovens ”Appassionata”. Deze sonate staat in f-klein, volgens Johann Mattheson de toonsoort om een „gelaten, diepe, zwarte, met vertwijfeling gepaard gaande doodsangst” uit te drukken. Beethoven gaat daarin niet tot het uiterste, maar elementen die Mathesson noemt zijn zeker te herkennen in deze sonate. De eerste hoorders waren verbijsterd. Wat betekende deze muziek? De componist zei er weinig over, maar raadde hun aan ”De Storm” van Shakespeare te lezen.
Bloomline (BS13-093
Soms laait nog de discussie op over Bach-op-dePetkova-piano.
Nu, als er zo gespeeld, wordt kan ik de meerwaarde van een klavecimbel niet bedenken.
Petkova speelt fantastisch. Ze heeft volledig greep op de materie, waardoor je het betoog van de componist helemaal kunt volgen. Ook de brede akkoorden bij Beethoven krijgen die helderheid waardoor alles doorzichtig wordt, zonder dat de klank uiteenvalt. De kleuring van het ‘mannenkoor’ aan het begin van de variatiereeks mag niet onvermeld blijven. Dat is ook een compliment voor de opname. Eén minpuntje: waarom duurt zo’n schitterende cd nog geen drie kwartier?
Kees Jansen
Comments